In Londen begon houthoogbouw te pieken in 2009 met het Stadthaus (9 verdiepingen, 29 m hoog). Intussen zijn al meer projecten gerealiseerd. De jongste bouwloot in hetzelfde bruisende stadsdeel Hackney is nu even wereldrecordhouder: The Cube (10 verdiepingen, 33 m hoog).
Het inspirerende van nieuwe houtproducten is dat er enthousiast mee kan worden geëxperimenteerd. Ze werken aanstekelijk op onderzoeker en bouwer, en iedereen krijgt er een energiebruis van. Maar dan moeten die producten wel in de populariteit vallen. Bij een noviteit als Kerto (gelamineerd fineerhout), sterker dan gelamineerd hout en dus zeker geen slecht constructiemiddel, duurde het dertig jaar voor het zich een plaats op de markt had verworven. Met kruislaaghout, verkrijgbaar als kolommen/liggers en als verdiepingshoge/-brede plaat, ging het van jetje razend stukken sneller. Binnen tien jaar was het gemeengoed in de Duitstalige landen, waarna het aan een zegetocht over de wereld begon, zelfs in Nederland waar alles vijftig jaar later gebeurt. In Noord-Amerika, Scandinavië en Finland verschijnen nu zelfs eigen fabrieken voor dit miraculumproduct.
Zevende hemel
Een flinke duw over de brug is het wegvallen van de beperking hoe hoog je met hout mag bouwen. Tot voor een enkel jaar hield het wel op bij vier of vijf verdiepingen van vreugdeloosheid, maar nu is het dubbele aantal of een veelvoud de bereikbare horizon. Indien je aantoont dat houthoogbouw constructief, brandtechnisch en geluidsvolumineus dik in orde is, kun je hoogtemeteren wat je wil, tot in de zevende hemel. Deze doorbraak zorgt ervoor dat hout popelend kan gaan waarmaken dat het ’t bouwmateriaal van de 21ste eeuw is. En zo zie je verschillende manieren van houthoogbouw ontstaan: zuiver in kruislaaghout, gecombineerd met gelamineerd hout of hybride samen met beton (kern, vloeren) en/of staal (constructie). In onderlinge stimulans streven ontwerpers, rekenaars, producenten en bouwers er zo naar de beste vorm of varianten te vinden. En dat moet in alle vrijheid gebeuren, want met de regelgeving overboord moet je je niet een nieuw slavenjuk laten opleggen.
Dure misverstanden
Een cadeau van deze tijd is zeker ook dat de verschillende partijen – politiek, methodiek, artistiek – niet langer aan de eigen verroeste traditie vastgeketend blijven, maar met open geest en open mond de onbekende wegen bemind maken. In het geval van The Cube begon het bij deelgemeente Hackney dat, als beschermd stadsgezicht, al langerjaars hout in de wijkbouw propageert. Vastgoedontwikkelaar Regal Homes (1998), die zich alleen concentreert op Londen, pakte de handschoen op: hout werd van losse optie vaste realiteit. Daarbij scheelde het dat de onderneming ook aannemer is, zodat dure misbouwsels meteen al kunnen worden kortgesloten. Bouwen met moderne houtproducten vereist immers z’n eigen aanpak van leren door balen. Samen met onderaannemer B&K Structures werden verschillende materiaalmogelijkheden onderzocht op kosten, efficiëntie en esthetiek. Uiteindelijk viel de keuze voor The Cube op een stelsel van stalen kolommen en liggers, ingevuld met PEFC-gecertificeerde kruislaaghouten wanden en vloeren, rond een betonnen kern van lift en trappenhuis.
Complexe vorm
Voordeel hiervan was een grotere flexibiliteit in vormen, nadeel een mindere duurzaamheid in materialen. Met alleen kruislaaghout waren ook de luchtdichtheid en de geluids- en warmte-isolatie aanmerkelijk beter geweest. Een complete constructie van dit product verviel evenwel vanwege de complexe vorm van het gebouw, de overmaatse afmetingen die dan nodig waren voor de uitkragingen, en het prijskaartje. Een combinatie met gelamineerd hout bracht geen verlichting aan deze bezwaren. Natuurlijk behoorden beide opties wel degelijk tot de wereld der realiteiten, maar dat kostte wel meer inspanning en rekenwerk om het voor elkaar te krijgen. Architect HawkinsBrown uit Londen vond het handiger de kolommen en liggers in staal uit te voeren. Je zou met het verwijt van vals spel kunnen gaan bijten, maar het kruislaaghout draagt constructief aanzienlijk bij aan het gebouw: de tien verdiepingen bestaan er voor 90% uit. Daardoor ook konden de stalen elementen slank blijven: 160 x 160 en 200 x 200 mm. Aan de gevels zijn ze 400 x 200 mm vanwege de zwaardere belastingen aldaar. Een bij hitte opschuimende coating moet de laaiende woede van de brand blussen.
Ingenieus ontwerp
Het moet zonder meer gezegd dat de architect ook wel een zeer bijzonder en ingenieus ontwerp heeft uitgedacht dat alle lof en bewondering verdient. Eerst heette het project Banyan Wharf, verwijzend naar de Aziatische banyanboom die als kenmerk een uitzonderlijk brede kroon heeft. En daarop is het ontwerp gebaseerd. Het veelzijdige opbouwprincipe van de natuur is vereenvoudigd tot een kruisvorm die om de twee verdiepingen een slagje draait. Dit cultuurprincipe is door de architect trots The Twist genoemd, omdat het een radicale breuk is met het traditionele gesloten bouwblok van strak en stram tegen elkaar geplaatste appartementen rond een binnentuin. HawkinsBrown wilde van aanvang af de grenzen van de woningarchitectuur verleggen, en in die zin kwam een combinatie van hout en staal sneller tegemoet aan de realisering van dat verlangen.
Blije bewoner
De vele voordelen zijn alle weergaloze winstpunten. Door de verschuivingen heeft elk appartement twee of drie buitenmuren; elke blije bewoner heeft dus een ramenrijk hoekhuis; de kozijnen zijn van aluminium-grenen (PEFC-gecertificeerd). Dit betekent de hele dag door natuurlijk licht en, vooral in de zomer prettig, natuurlijke ventilatie. Je hebt aan twee of drie kanten uitzicht op, in dit geval, het Regents Canal of het Sheperdess Walk Park, terwijl de vierde wand vensters op het houten hart van het gebouw opent. Verder is er minder bewustzijn oftewel last van de buren. Elk appartement heeft een royaal balkon of terras. Het draaiprincipe leidt er ook toe dat er nu vier binnenhoven op de hoeken zijn gecreëerd. En niet in de laatste plaats heeft het gebouw een krachtig dynamische vorm. Dit wordt versterkt doordat het prachtig strak in een pak van western red cedar steekt (100 x 22 mm). Het FSC-gecertificeerde cedar is brandvertragend behandeld. Kan het allemaal nog gunstiger?
Betonnen ‘stam’
De ondergrondse parkeergarage, met twee daklichten, en de begane grond zijn in gewapend beton uitgevoerd. In de garage bevinden zich tevens tanks voor regenwateropslag en centrale installaties voor water en elektra. Op de laatste bevinden zich drie kantoren en een café. Rond de betonnen ‘stam’ van lift en trappenhuis zijn vijftig exclusieve een-, twee- en driekamerappartementen vertakt, vier tot zes per verdieping. De plattegronden belopen 51 tot 93 m2. De woningen zijn vooral bedoeld voor jongeren. Onder de eiken vloeren ligt vloerverwarming. De betonnen kern vangt de horizontale krachten op, zorgt dus voor de stabiliteit van het gebouw. Vier penthouses maken de bovenste verdieping vol. Op het groene dak liggen 24 zonnepanelen en een tuin in contrastrijk arrangement. De afmetingen van de kruislaagvuren wanden en vloeren bewegen zich tussen 100 respectievelijk 220 mm dik; de wanden zijn bedekt met gipsplaat. Daarmee voldoen ze tegelijk aan eisen van geluidsisolatie en brand (90 minuten).
Handvol mensen
De scheidingswanden binnen de appartementen zijn in gegipst metal stud, dit om het gebouw niet te zwaar te laten worden. Bovendien maakt deze ‘losse’ opbouw het eenvoudiger in de toekomst een andere indeling te realiseren. De uitstekende balkons en terrassen, met western red cedar dekken, zijn met ondersteunende stalen kraagliggers gemaakt. Ze helpen tevens mee om de verticale krachten af te dragen, waardoor het appartementencomplex ook deze hoogte kon krijgen. Alle kruislaagvuren elementen zijn op de computer berekend en met cnc-apparatuur geprefabriceerd. Ter locatie kon een montageploeg van slechts een handvol mensen het gebouw in korte metten concretiseren. Ook dat is duurzaamheid.
Andere Draai
Bijzonder doeltreffend en geraffineerd is ten slotte de relatie tot de omgeving. The Cube wordt aan de Wenlock Road en deels opzij omspannen door een donker bakstenen rasterscherm. Enerzijds is dit een kameleontisch gebaar naar de bakstenen omgeving, anderzijds geeft het de bewoners net iets meer beschutting op hun hangende buitens. En voor zowel binnenzitter als buitenstaander is het een lieve lust voor het oog hoe het western red cedar zich om en door het veelvlakkige complex staffelt en hemelopwaarts ijlt – en toch alles tot weldadige rust brengt. Dat is een andere Draai die zeker gezien mag worden. Zo smelten idee en werkelijkheid volmaakt tot vervulling.
CO2-Voetafdruk
In het project is onder andere 1.400 m3 kruislaaghout toegepast. Dit betekent een CO2-vastlegging van 869.350 kg. Het compenseert de uitlaatgassen van een middenklassenauto over 5.795.660 km, of het jaarlijkse elektragebruik van 965 huishoudens.
|