Voor een bijzondere vorm van houthoogbouw (circa 26 m hoog) tekent de Japanse architect Shigeru Ban. Deze minzame Pritzker Prize 2014-winnaar is niet alleen vindingrijk in het ontwerpen met de materialen die hij heeft, maar ook in het oprekken der grenzen van wat ze aankunnen. Hout helpt hem aan wonderen.
Opvallend aan de artikelen over houthoogbouw in Het Houtblad van het afgelopen jaar is dat juist ook de opdrachtgevers het avontuur aanwilden. Meestal kijken ze eerst de kat uit de boom hoe de hazen lopen. Omdat die gewoonlijk van het razend populaire ras Angsthaas (Lepus pavoris) zijn, zijn er doorlopend valse starts en rodelantaarnscores. Voor de Zwitserse mediagroep Tamedia, die een nieuw hoofdkantoor in Zürich nodig had, was het avontuur wel erg wild: het gebouw van zeven verdiepingen (met de twee betonnen kelderverdiepingen mee negenlaags) is opgetrokken in een gelamineerd vuren constructie die niet alleen de grootste van Zwitserland is, maar ook in elkaar is gestoken zonder dat er stalen verbindingsmiddelen of lijm aan te pas kwamen. Moderniteit en Japanse/Zwitserse traditie gaan hier een fusie aan.
Snippervestigingen
Het uitgeefconcern van dag- en weekbladen, magazines, online platforms, een radiostudio en een drukkerij, gesticht in 1893, wilde op deze wijze graag nieuws maken dat stond als een huis. De locatie Werdareal aan de rivier Sihl in hartje Zürich heeft zich de afgelopen eeuw ontwikkeld tot hét mediacentrum van Zwitserland; circa 1.500 mensen doen er aan feitenverzameling, waarheidsvinding en sensatiestreling. Door overnames in en rond Zürich beschikte de onderneming over allerlei snippervestigingen, die ze wilde trechteren in een nieuw hoofdkantoor (480 medewerkers) dat qua verschijningsvorm innovatie aan transparantie moest paren. Feitelijk gaat het om een uitbreiding die is vastgemaakt aan de andere Tamedia-gebouwen ter plaatse; op de drukkerij zijn apart twee nieuwe verdiepingen gezet.
Cascaderend lijnenspel
Vanbuiten onderscheidt de nieuwbouw (circa 38 x 18 x 26 m) zich nauwelijks van de oudbouw; ook het alzijdige mansardedak, lelijkste vorm die ooit voor een overkapping is bedacht, volgt de grijsheid daarvan. Het tweeverdiepingendeel op de drukkerij (41,1 x 20,4 m) bestaat uit een staal-houtconstructie, met als bijzonderheid een tongewelf van gebogen voorgespannen gelamineerd vuren liggers (240 x 720 mm), die 11,9 m overspannen. ’s Avonds is de aanblik geheel anders: dan straalt de hoogst innovatieve houtconstructie door de glazen gevels die worden doorsneden door het drukke en soms cascaderende lijnenspel der witte kozijnvattingen. Het algehele glasaandeel in de buitenwanden is 80%. De strengheid van de Züricher schoonheidscommissie (schaduwlast omgeving, hoogte, dakvorm) liet aan het exterieur geen feest van nieuwe vormideeën toe, dus is alleen in het interieur flink uitgepakt.
Huiselijke sfeer
Daar valt meteen het overvloedige licht op binnen de sterk geordende, maar toch ruimtelijk mooi werkende kaders van de houtconstructie die overal vol in het zicht staat. Het stelsel van kolommen en liggers is op te vatten als één groot meubel. De verdiepingen zijn open en licht, met hier en daar glazen scheidingswanden. De compartimentering van de houtconstructie en de gelijkkleurige sisal vloerbedekking zorgen voor een huiselijke sfeer. Strategisch geplaatste verlichting aan de plafonds tussen de liggers zetten de constructie bij het verstrijken van de dag in een steeds warmer gloed. De begane grond, prachtig belegd met een ijle vloer van geslepen rivierstenen, is tweehoog uitgevoerd, met een insteekverdieping als onderbreking. Het meubilair in het entreegebied is van Banse makelij volgens zijn handelsmerk van kartonnen kokers. Deze ruimte op het noorden (hoek Werdstrasse-Stauffacherquai) is meteen ook gebombardeerd tot hoofdingang van het hele Tamedia-complex.
Moderne improvisatie
De houtconstructie volgt de Japanse miya-daiku- en sukiya-daiku-tradities (letterlijk tempel- en theekamerstijl-timmerman). De eerste techniek vindt ergo toepassing in Japanse tempels en heiligdommen en is vermaard om haar verbluffend verfijnde houtverbindingen. De tweede dient voor de constructie van woningen en theehuizen, waarbij groffere, rustieke materialen naar esthetiek reiken. Bij beide ontbreekt het gebruik van lijm, nagels en schroeven. De dragende houtelementen grijpen simpel in elkaar, zijn vastgezet met penverbindingen en worden gestabiliseerd door een secundaire constructie. Voor het Tamedia-gebouw is een moderne improvisatie op deze thema’s bedacht in een een-tweetje tussen architect Shigeru Ban en constructeur en oude rot in het vak Hermann Blumer. Beiden werkten al eerder samen bij het ontwerp van Centre Pompidou-Metz met z’n fenomenale curvedak; zie Het Houtblad 3/2010. Eén voorwaarde van realisering in Zürich was in elk geval dat Oostenrijks vuren van de berghellingen boven 1.000 m moest worden gebruikt. Dit langzaam gegroeide, fijngeringde hout had de benodigde sterkte.
Houten hamers
De elementen van de reusachtige houtconstructie passen als meccano in elkaar. Door de rondvormigheid ter plaatse van de verbindingen is er een vage associatie met ledematen en gewrichten. De vierkante kolommen, in de lengte staande op acht assen hart op hart 5,45 m, gaan gebouwhoog, d.w.z. tot de zolderverdieping op 21 m hoogte. De afmetingen zijn fors: 440 x 440 mm. Ze worden ingeklemd door dubbele liggers (elk 160 x 560 mm). In het middendeel dat breed bijna 11 m overspant, zijn ze 25 mm dikker. Hoewel het hele gebouw ook is gesprinklerd, zijn de kolommen en liggers bij wijze van brandvertraging 51 mm overgedimensioneerd. Het hele stelsel wordt strak getrokken door ovale balken (240 x 350 mm), die via dito sparingen boven in de kolommen en liggers door de hele constructie lopen; op de begane grond zijn ze 320 x 450 mm. Houten hamers met zachte kop zijn gebruikt om deze doorlopende ‘deuvels’ in te tikken. Voor de ovale vorm is gekozen, omdat die een hogere stijfheid geeft dan een ronde.
Beukentriplex ringen
De dubbele rij kolommen aan beide gevels (hart op hart 3,2 m) werken als verticale vakwerken. De buitenste rij wordt op trek belast, de binnenste op druk. Op de tweede verdieping zorgen diagonale schoorbalken tussen de kolommen voor verdere stabiliteit. Twee betonnen kernen, één in de naastliggende oudbouw en één aan de noordkant van de nieuwbouw regelen de horizontale stijfheid. In de kolomovalen zitten beukentriplex ringen van 40 mm dik verborgen, die de spanningen opvangen, welke het vuren niet zouden aankunnen. Om de beuken verbinding statisch juist te ordenen, werd deze aan de Holzfachschule in Biel diverse malen met zeer overtuigend resultaat beproefd. Een laatste belastingstest in gemonteerde toestand bewees de robuustheid van de verbinding.
Riante openluchtbalkons
De oostgevel aan de kant van de Sihl is op te vatten als een dubbele glasgevel, 3,20 m ‘dik’. Dit is welbewust gedaan om een klimaatbuffer tussen binnen en buiten te creëren; de opgewarmde lucht wordt er naar het dak geleid, waar hij kan ontsnappen. Ook is het een natuurlijke-ventilatiekast, doordat enkele raamsecties mechanisch te openen zijn. In dit gebied bevindt zich een levendige drukte van vides, trappen en informele lobby’s (sommige tweehoog). De laatste lopen door tot aan de buitengevel, waarin drievoudig glas is opgenomen: zo worden dit bij geopende ramen riante openluchtbalkons. Gevel en buitenste kolommen vormen een integraal onderdeel. De glasgevels met zonwering hebben een sympathieke warmtedoorgangscoëfficiënt van U = 0,7 W/m2K. De warmte (warmte-isolatie, warmtepomp) en koeling (onder andere koelplafonds) verlopen via een geothermische bron. Nergens wordt gebruikgemaakt van fossiele brandstoffen. Het gebouw is CO2-neutraal.
Kwartszand
De verdiepingsvloeren rusten op de houtconstructie; ze overspannen 5,45 m. Ze zijn vanboven naar beneden als volgt opgebouwd: 20 mm cementgebonden spaanplaat, 10 mm rubberen laag, 45 mm drielaagsplaat (een soort veredeld triplex), 240 mm ribben (Duobalken: twee aan elkaar gelijmde vuren balken van samen 80 mm breed) – de ruimte tussen de ribben is opgevuld met respectievelijk 160 mm minerale wol en 80 mm kwartszand -, 27 mm drielaagsplaat en 2 x 12,5 mm Fermacell. In dit blindwerk zijn wel overvloedig nagels en schroeven toegepast. Het zand geeft de vloeren massa, wat vibratie, contactgeluid en opwarming tegengaat. De dakverdieping bestaat uit dakgordingen op 45° (160 x 600 mm), die zijn vastgemaakt aan portaalspanten. Ook hier trekken ovale liggers de boel in het gelid.
1.400 onderdelen
De hele constructie is met toleranties van slechts 5 mm in elkaar gezet; zij is ook weer helemaal uit elkaar te tikken. Het gaat om 1.400 onderdelen die vrijwel allemaal uniek zijn. Ontwerp, productie en montage vereisten een speciale 3D-modellering die in de houtbouw nog niet wijd verbreid is. De bouw was alleen mogelijk met houtproducten van de allerhoogste kwaliteit in een uiterst scrupuleuze prefabricage. Bijna 80% der houten onderdelen is voorvervaardigd. Dat leidde niet alleen tot de bedoelde kwaliteit, maar zorgde ook voor een korte bouwtijd. Het nieuwe Tamedia-complex overstijgt alle beperkingen, maar blijft binnen veilige grenzen. De huzaren hadden het niet stoutmoediger kunnen doen.
Locatie: | Werdstrasse 21, Zürich |
Opdrachtgever: | Tamedia Zürich |
Architect: | Shigeru Ban Architects Tokio/Parijs/New York |
Lokale architect: | Itten + Brechbühl Zürich |
Aannemer: | HRS Real Estate Frauenfeld |
Houtconstructeur: | Hermann Blumer Waldstatt, Création Holz Herisu |
Houtbouw: | Blumer-Lehmann Gossau |
Jaar: | 2013 |
Bouwkosten: | € 41 miljoen |