Onder de naam Anatomy of Timber vond op 15 en 16 oktober een congres plaats op de TU Delft. Met sprekers over hout en houtbouw van verschillende universiteiten en ook uit de praktijk.
De redactie van Het Houtblad was de eerste dag aanwezig bij het congres dat twee jaar geleden ook plaatsvond, toen onder de naam Touching Celluloid. Het geheel Engels gesproken congres telde een aantal centrale lezingen en ook een aantal parallelle workshops, zodat het beruchte FOMO-gevoel zich voordeed (Fear Of Missing Out). Professor Alex de Rijke (Timber Architecture) hield meerdere keren een inleidend woordje voor een zaal van ca 130 geïnteresseerde studenten en architecten. De Rijke had het organiseren van een congres op zijn to-do lijst staan bij zijn aantreden, begin dit jaar. Het al bestaande initiatief voor Anatomy of Timber, waarin vooral de leraren Gilbert Koskamp en Pierre Jennen de trekkers zijn, paste daar naadloos in.
Netwerk rond timber versterken
Inhoudelijk kwamen de bijdragen van alle kanten, van een materiaalonderzoeker (Sophie Marie Koch) die hout ontdoet van lignine en vervangt voor gelatine en zo een plastisch materiaal maakt, via een materialentester (Philippe Grönquist) die aan de hand van een casus het nut en de noodzaak van toelatingen van materialen aangaf, tot gevestigde houtarchitecten zoals Felix Wächter die een aantal van zijn, vaak nogal fors gedimensioneerde, houten gebouwen besprak. Het doel van het congres is om zowel het Nederlandse netwerk als de internationale wetenschappelijke verbanden in de houtbouw en -architectuur te versterken.