De hoeveelheid industriƫle woningen, huizen uit de fabriek, die in Nederland per jaar wordt opgeleverd is in twee jaar tijd ruim verdubbeld en die lijn zet zicht door. Dat concludeert onafhankelijk adviseur en onderzoeker Marjet Rutten, die de cijfers al meerdere jaren bijhoudt.
Binnen de definitie van Rutten vallen ook niet-biobased woningen, zolang ze maar industrieel geproduceerd worden. Zo kan Daiwa Housing, het voormalige Jan Snel, op kop gaan in de lijst, met 2550 geproduceerde woningen in 2023. Rutten gaat uit van door de fabrikanten zelf opgegeven cijfers, dat zijn het aantal opgeleverde woningen in een bepaald jaar en het aantal woningen in portefeuille voor het volgende jaar.
![](https://www.hethoutblad.nl/wp-content/uploads/2024/02/indus.jpg)
Bij een (licht) dalende productie van woningen in de gehele bouw (met slechts 3 procent, naar 88.045 in 2023) stijgen de industriƫle woningen fors in aantal, naar 15 026 woningen in 2023 en dus ook in marktaandeel. Dat bedroeg in 2023 volgens Ruttens cijfers 21 procent, een aandeel dat, op basis van de opgegeven productie voor 2024 en de te verwachten totale bouwproductie, dit jaar naar 29 procent kan groeien.
Opmars van industriƫle woningen
In de lijst tellen we tenminste 16 bouwconcepten die bouw als hoofdmateriaal van de constructie hanteren. We missen er nog een paar op Ruttens lijst, houtbouwconcepten voor seriematige houtbouw, die nochtans flink aan de weg timmeren. Ook noteerden wij regelmatig optimistischer cijfers onder deze bedrijven dan Rutten noteert. Hoe het zij: seriematige woningbouw is aan een grote opmars bezig en de houtbouw doet daar volop in mee.