Eerste verplaatsbare woningen De Tuunen gearriveerd

De Texelse woningcorporatie Woontij experimenteert flink met houten corporatiewoningen. Nabij hotel Tubantia staan al sinds enige tijd houten woningen van Baltische makelij, nu wordt een wijk gebouwd met Nederlandse en Belgische woningen.

Texel kampt met flinke woningtekorten voor de eigen bevolking, juist ook voor mensen met een smallere beurs. Corporatie Woontij zoekt naar methoden om de woningnood te lenigen op een zo duurzaam mogelijke manier. Die houdt ook in dat de woningen moeten kunnen worden verplaatst of eenvoudig in delen uiteen te nemen om ze elders weer op te bouwen. De analyse van de demografische ontwikkelingen leert namelijk dat de huizen niet altijd nodig zullen zijn en niet altijd op dezelfde plek hoeven te staan. Na 2052 wordt een daling van de bevolkingsaantallen verwacht. Daarom dat geëxperimenteerd wordt met zelfvoorzienende, makkelijk verplaatsbare, comfortabele, betaalbare corporatiewoningen.

De eerste verplaatsbare, zelfs geheel CO2 neutrale houten corporatiewoningen van Nederland, realiseerde Woontij vorig jaar al, in samenwerking met de organisatie LiveFree. Die houten prefab-woningen met een zeer hoge isolatiewaarde werden gemaakt door Nordic Housing in Estland en vandaar naar het eiland verscheept.

Momenteel wordt een woonwijk gerealiseerd van 140 woningen van verschillend formaat die met elkaar delen dat ze verplaatsbaar, uitbreidbaar en grotendeels zelfvoorzienend zijn. Ze vormen samen een duurzame wijk ; Buurtskap de Tuunen, aan de oostkant van Den Burg, overigens inclusief 15 koopwoningen.

Twee leveranciers van deze modulaire woningen zijn op dit moment bezig met het verschepen en ter plekke monteren van de woningen. Het zijn het Belgische Skilpod, en PlekVoor, een bedrijf uit Zeist, dat in dit project woningen realiseert van twee houtbouwunits op elkaar, met het uiterlijk van Texelse vissershuisjes.