De grond waar de cottage van Markéta Cajthamlová Studio is gebouwd, maakt deel uit van het Šumava Nationaal Park. Dit houdt in dat er strenge eisen worden gesteld aan de vorm van het gebouw. De architect koos dan ook voor de vorm van een traditioneel huisje met hierin grote ramen zodat de bewoners aan alle kanten een mooi uitzicht hebben.
De architect heeft bewust gebruik gemaakt van het typisch lokale karakter van de cottage. Dit betreft onder andere de aanzienlijke breedte , de ligging parallel aan de landcontouren en een minimale groenvoorziening. Maar ook het ontbreken van een hekwerk en het zadeldak behoren tot de kenmerkende eigenschappen van de cottage.
Ook het materiaalgebruik en kleuren zijn traditioneel. Zo is de gevel van donker zwartbruin gebeitst sparrenhout en is lokale gerecyclede steen voor de plint, lage keermuren en terrassen gebruikt. Het dak is gemaakt van gevouwen donkergrijze aluminiumplaat. De bekende en veelvuldig toegepaste groene luiken vormden de inspiratie voor de grote frameloze ramen met driedubbele beglazing.
De indeling binnen is vergelijkbaar met die van een landhuis met een woon- en een werkgedeelte. De achterdeur en de werkruimte bevinden zich op het noorden en de hoofdingang en woonkamer met grote open haard en een ruwe essen eettafel op het zuiden. Ingebouwde meubels combineren massief sparren- en esdoornplanken en stalen zwarte frames als structuur. De zolder bestaat uit drie kamers die gecombineerd zijn met een hal en een badkamer.
Foto’s: Petr Polák
